Na een zware storm als Poly is het gevaarlijk om het bos in te gaan. “Een omvallende boom gaat met een enorme snelheid”, zegt Natuurmonumenten tegen NU.nl. “Je moet niet denken: ik hoor het wel en spring op tijd aan de kant.” Vooral bosgebieden in Noord-Nederland kunnen nu gevaarlijk zijn. “Het zwaartepunt zit in het zuiden van Noord-Holland”, zegt een woordvoerder van Staatsbosbeheer.

Bij een landgoed in de buurt van Haarlem zijn zeker dertig bomen met wortel en al omgewaaid. In het Purmerbos sneuvelden meer dan honderd bomen. Daarnaast lijkt vooral Flevoland getroffen, maar ook uit Friesland komen meldingen van boomstammen die wandelpaden blokkeren.

De boswachters van Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer zijn nu druk bezig om de schade op te ruimen. “Veel van onze boswachters hebben een zaagdiploma”, vertelt de woordvoerder van Staatsbosbeheer. Die boswachters trekken nu met een zaagploeg de bossen in om paden vrij te maken en gevaarlijke takken uit bomen te halen.

Niet alleen die takken kunnen nog gevaarlijke situaties opleveren, maar ook scheef hangende bomen. Die staan “op scherp”, zegt de woordvoerder van Natuurmonumenten. De bomen kunnen alsnog omvallen. “Als een boom valt, dan is het niet alleen een stam die valt”, benadrukt hij. De kroon van een boom kan wel 25 tot 30 meter breed zijn. “Als dat naar beneden komt, dan heeft dat gewoon een waanzinnige impact en kun je ook niet even aan de kant springen.”

Het is nog onduidelijk hoe groot de schade precies is, maar zomerstormen zorgen over het algemeen wel voor meer omgevallen bomen dan winterstormen. Dat komt doordat bomen dan bladeren hebben en daardoor meer wind vangen. Als bladeren nat zijn door veel regen, wordt de druk op takken nog groter en breken ze soms af.

De opruimacties kunnen nog dagen tot weken duren. Zo kunnen boswachters niet alle schade zelf opruimen. Voor hele dikke bomen hebben ze aannemers nodig, die ook bezig zijn met puinruimen in steden.

Tot die tijd is het belangrijk om weg te blijven uit de beschadigde bossen. “Lokaal geven we bij ingangen van bossen aan of deze toegankelijk zijn”, zegt de woordvoerder van Natuurmonumenten. Zo worden onveilige paden afgesloten met een rood-wit lint. Dat betekent dat er op die plek gewerkt wordt of dat die plek nog onveilig is. “Respecteer dat”, drukt hij mensen op het hart.

Tegelijkertijd moeten mensen vooral hun gezond verstand gebruiken. Zo bepalen boswachters bij Staatsbosbeheer zelf wat ze doen. Daar zijn gevaarlijke plekken misschien niet afgezet. Als er een boom over een pad ligt, is het duidelijk dat er nog niemand met opruimen bezig is geweest. Dan kun je het bos beter even vermijden. In de tussentijd raadt Staatsbosbeheer andere plekken aan: de duinen, hei of uiterwaarden, bijvoorbeeld.

Voor Zuid-Nederland is de situatie op veel plekken ook anders. Bijvoorbeeld in Brabant en Limburg. “Daar is niks aan de hand, daar kun je gewoon het bos in”, zegt de woordvoerder van Natuurmonumenten. “Kijk altijd naar de lokale informatie.”

Overigens is storm vaak geen probleem voor een bos. “We zeggen ook niet altijd dat er schade is door een storm”, zegt de woordvoerder van Staatsbosbeheer. Vaak zijn het oude of zieke bomen die omvallen. Dat biedt letterlijk ruimte voor jonge bomen. Zijn collega van Natuurmonumenten legt het uit: “Een storm maakt open plekken in een bos. Dat geeft jonge bomen en struiken de kans om daar te groeien. Daardoor krijg je dus een gevarieerd bos.”

Daarnaast zorgt een storm voor veel extra takken en ander hout op de grond. Dit hout laten boswachters expres liggen, omdat insecten hiervan houden. De insecten vormen weer voedsel voor spechten en andere dieren. “Voor een bos als ecosysteem is zo’n storm helemaal niet zo erg.”